donderdag 16 juni 2016

Willy Vandersteen de vader van Suske en Wiske.

Suske en Wiske

Willebrord Jan Frans Maria (Willy) Vandersteen werd op 15 februari 1913 in Antwerpen geboren.
Al tijdens zijn kindertijd toonde Willy aanleg voor tekenen, van zijn leraren kreeg hij later te horen dat het enige waar hij goed in was, tekenen en opstellen schrijven was en dat je daar nooit je brood mee zou kunnen verdienen. Na zijn schooltijd volgde hij avondlessen aan de Antwerpse Academie voor Schone Kunsten en overdag hielp hij zijn vader die beeldhouwer/ornament maker was.
Willy besloot eerst timmerman en later decorateur te worden, een Amerikaans tijdschrift inspireerde hem striptekenaar te worden.
Omdat Amerikaanse tekenstrips in de oorlog door de Duitsers werden verboden kreeg Willy de kans enkele strips te maken voor de krant, ook publiceerde hij spotprenten.
Een vriend die inmiddels uitgever was geworden vroeg Vandersteen of hij een stripalbum kon tekenen zo verscheen: Piwo, het houten paard (waar hij 1 week over deed). Later volgden nog 4 boekjes die door Casterman in het Frans werden uitgegeven.
In 1944 ging Vandersteen naar de Standaard uitgeverij met een stripverhaal rond twee figuren: Rikki en Wiske, hij wilde dat de strips, in navolging van America, in de krant zouden verschijnen.
Op 30 maart 1945 verscheen de strip voor het eerst in de Nieuwe Standaard, Vandersteen was niet tevreden met Rikki en veranderde het in Suske en al snel maakte tante Sidonia haar opwachting in 1947 gevolgd door Lambik en Jerom in 1953.
Suske en Wiske werd zo'n succes dat de mensen alleen de kranten kochten om de strips, toen Vandersteen met zijn strips van krant veranderde werd hij gevolgd door een groot aantal (schatting 25.000) abonnees, uit die tijd stamt tevens de gewoonte de krant van achteren naar voren te lezen, eerst Suske en Wiske daarna de rest van het nieuws.
Tussen 1948 en 1959 ging Willy Vandersteen voor het weekblad Kuifje werken, hij tekende verschillende verhalen rond Suske en Wiske die later in een blauwe kaft gebundeld zouden worden en daarom bekend staan als de blauwe reeks. De hoge eisen die Hergè aan de strips van Vandersteen stelde: minder volks en verzorgd tekenwerk  zorgden ervoor dat deze reeks tot de hoogte punten uit Vandersteen's carrière mag worden gerekend. In 1959 ontstond de Studio Vandersteen, Willy kon al het werk aan zijn verschillende strips niet alleen af en liet inkten, kleuren, de belettering en het tekenen van de decors over aan anderen, strips die niet aansloegen liet hij vallen. Bekend zijn (in Nederland wat minder): Ridder Gloriant, de Viking, de familie Snoek en Tijl-Uilenspiegel.
De televisiehond Lassie stond als voorbeeld voor de tekenstrip Bessy die ook in Duitsland verscheen, later stond de T.V. serie Daktari model voor de tekenstrip Safari.
In 1974 zette Paul Geerts de serie Suske en Wiske voort, Vandersteen ging verder aan "Robert en Bertrand" na enkele succesvolle jaren stopte hij de serie en startte in 1985 met "de Geuzen".
Op 28 augustus 1990 overleed Willy Vandersteen.
Sinds 1999 verzorgt een wisselend team van Studio Vandersteen de albums. Momenteel is Studio Vandersteen bezig met het 335ste album van de Suske en Wiske reeks: "Het lederen monster". Veel van de strips bevatten humor en spanning maar ook woordspelingen zoals wij dat bij "Tom Poes" van Marten Toonder tegen komen.

In 1978 kregen Suske en Wiske een standbeeld in de Antwerpse dierentuin.
Tussen 1993 en 2003 is er zelfs een weekblad rond Suske en Wiske geweest, tot twee maal toe werd een strip tot musical verwerkt: "de Spokenjagers" en de "Circusbaron". In 2004 werd de film "de duistere diamant" en in 2009 een 3D film "de Texas Rakkers" gemaakt.
Sedert 1997 is er een Suske en Wiske kindermuseum in Kalmhout, het is gevestigd op het adres waar Willy Vandersteen woonde en waar zijn studio nog is gevestigd.